-
Beschrijving van de ontwikkeling van het leven op aarde. Hierbij wordt niet gestreeft naar een uitvoerige paleontologische beschrijving van de verschillende evolutielijnen maar wordt een behandeling nagestreefd die de meer algemene principes aangeeft. Hierbij komen zaken aan de orde als: algemene geologie, fossilisatie, evolutie, ontwikkeling van de aarde enz. De auteur is bij uitstek deskundig: hij is een bekend paleontoloog.
-
Dialecten en familienamen, het is allerminst een gezochte combinatie. Onze familienamen dragen sporen van oude en nog steeds in gebruik zijnde dialectkenmerken. Twee eeuwen nadat onze namen officieel geregistreerd werden, verraden ze nog onze geografische herkomst: Feenstra is een noorderling, Vandepitte komt uit het zuidwesten van ons taalgebied en Beckers heeft onmiskenbaar Limburgse roots. In VAN DE STREEK: DE WEERSPIEGELING VAN DIALECTEN IN FAMILIENAMEN bekijken 16 auteurs het familienamenbestand voor hun provincie of streek door een dialectologische bril. Sluitstuk is een geactualiseerde Wegwijzer met publicaties en adressen voor geïnteresseerden in de Nederlandse dialectologie en, eenmalig, ook de Nederlandse naamkunde.
-
Een aardse geschiedenis behandelt een eeuw met onstuimige ontwikkelingen in de land- ten tuinbouw. Het gaat over de wijze waarop de ABTB zich heeft ingezet voor de belangen van katholieke boeren en tuinders. Daarbij wordt vooral aandacht geschonken aan de dienstverlening van de ABTB ten behoeve van zijn leden en de bijdrage van de bond aan de ontwikkeling van de boerenstand en het platteland. In dit rijk geïllustreerde boek wordt de veelbewogen geschiedenis van deze bond herkenbaar en treffend in beeld gebracht.
-
In de dorpen en stadjes van Oost-Gelderland pieken kerktorens als bakens in het landschap. Bij de totstandkoming van dit boek konden de samenstellers dankbaar gebruik maken van veel vrijwilligers uit de geloofsgemeenschappen. De aangeleverde gegevens van deze kerkbetrokkenen zijn getoetst, herschikt en aangevuld. Het streven naar volmaaktheid was daarbij wel een drijfveer, maar de hoeveelheid van de gegevens en het volume van dit boek noopten ook tot beperkingen. Daarbij hebben de samenstellers getracht het meest kenmerkende op te nemen. In historische zin spreken bronnen en andere gegevens elkaar soms tegen. In die gevallen is er gepoogd een keuze te maken op basis van afwegingen en studie. Het boek is derhalve geen uitputtende beschrijving van de r.-k. kerken in Oost-Gelderland. Voor de geïnteresseerde lezers is er literatuur opgenomen om zich verder te kunnen verdiepen. Ook deze literatuuropgave is niet allesomvattend, evenals de lijsten met monumenten. Een beschrijving van elke kerk afzonderlijk kan ook niet uitvoerig ingaan op de samenhang in kerkontwikkeling in de loop der geschiedenis in de regio. Voor lezers die dit prefereren, dient het eerste hoofdstuk en voorts verwijzen wij naar het boek van E.J. Demoed, Kerkgeschiedenis van de Graafschap, Kampen 1996.
-
Elfhonderd kilometer liep Gerard van Westerloo, om de grote steden heen. Hij overnachtte in vertegenwoordigershotels, in abdijen, in kazernes of in het hooi. Soms liftte hij mee op de bok van een tweespan. Per sleepvliet of zalmschouw liet hij zich de Wadden of de Zeeuwse wateren overvaren. Onderweg leerde hij de meerkoet onderscheiden van het waterhoentje, de es van de esdoorn. En hij ontmoette honderden Nederlanders. Van de herder die God over de Drentse hei heeft zien lopen tot de Limburgse pastoor die blinden ziende bidt. Van de laatste democratisch gekozen communist tot de strengste gereformeerde dominee. Van de Friese kaatskoning tot de Zeeuwse mosselman. Samen vertelden ze wat het is: geboren en getogen te zijn op het stukje kustvlakte dat Nederland heet. 'Het is verleidelijk alles uit dit boek te citeren.' De Volkskrant 'Het soort boek dat de recensent het liefst in zijn geheel overschrijft. Prachtig opgeschreven conversaties.' Vrij Nederland 'Prachtig geschreven verslag van het Hollandse platteland en zijn bewoners.' Elle 'Oneindig veel leesplezier... sprankelend en kleurrijk geschreven.' Flair Recensie(s) De auteur, redacteur van Vrij Nederland, maakte in 1991 een wandeling van Haarlem naar Amsterdam waarbij de langst mogelijke route koos en alle provincies aan deed. Zijnde een stadsmens ging zijn interesse vooral uit naar landelijk Nederland. Gedurende drie maanden publiceerde hij wekelijks zijn reisverslagen in Vrij Nederland. Deze zijn bewerkt tot boekvorm. Niet alleen beschrijft hij de omgeving waar hij door heen wandelt, maar hij accentueert zijn karakterschets van de diverse landstreken lokale gebeurtenissen en ontmoetingen met opmerkelijke mensen die van bijzondere betekenis zijn voor de streek. Deze opzet kan als redelijk geslaagd beschouwd worden. Het is een aardig, hoewel soms ietwat gezapig boek over dat deel van Nederland waar de doorsnee stadsbewoner geen weet van heeft. Deze zevende druk heeft een meerwaarde vanwege de nu toegevoegde zwart-witte landkaartjes waarop de route ingetekend is.