-
Vier speurdersverhalen rond een even scherpzinnig als gezellig paar: de vrouwelijke griffier van de Tweede Kamer en een hoofdinspecteur van politie. Er wil nogal eens wat gebeuren in en rond het Binnenhof, wat de ervaren schrijver-politicus met verve weet af te schilderen in een levendig Haags tafereel. Na een wat zwakke eerste novelle, worden de intriges steeds sterker van opzet en uitwerking, waarbij vooral het kamerlid dat op zijn eigen dochter verliefd is de lezer bij zal blijven. De bekoring van de herkenning is een extra bonus.