-
Norman Lewis reist door een groot gedeelte van Indonesië en doet op briljante wijze verslag van zowel de pracht als de ellende van het land, zowel de hoop als de wanhoop. Hij gaat op zoek naar een van de rijkste natuurreservaten ter wereld, bezoekt in voormalig Nieuw Guinea als een van de weinige blanken de Yali-stam en slaagt erin het bijna ondoordringbare Oost-Timor binnen te komen om daar het verhaal van de overlevenden van de massamoorden te kunnen vastleggen. Reizen in Indonesië is het verslag van een race tegen de tijd om prachtige plaatsen te zien en te beschrijven zolang het nog kan.
-
In zijn actieve periode als districtshoofd bij Staatsbosbeheer legde de auteur een grote verzameling aan over alles wat met de Peel te maken heeft. Dat bundelde hij in een naslagwerk, dat dank zij de financiele steun van de provincies Limburg en Noord-Brabant in eigen beheer kon worden uitgegeven. Het is een boek geworden met een zeer uiteenlopende inhoud, waarbij wel eens ver over de grenzen werd gekeken (aardbeving in de Peel en in Lissabon, Kevelaer, Constantinopel, het land van Cuijk). Het bestaat vooral uit heel wat Peelsprokkelingen, dorpsverhalen, sagen en legenden. Het boek bevat een rijke verscheidenheid aan onderwerpen en illustraties, waarbij veelvuldig gebruik werd gemaakt van oudere uitgave, zoals de Katholieke Illustratie. Bij de bronnen, (waarbij de auteur zichzelf 20 x aanhaalt), is hij wat onzorgvuldiger te werk gegaan. Zo maakt hij van het weekblad Groot-Eindhoven een dagblad, noemt de Encyclopedie Market Books, waarbij de vierdelige Encyclopedie van Noord-Brabant is bedoeld, haalt een Encyclopedie aan, zonder te melden welke en geeft bronnen aan zonder jaartal. Het fraai uitgegeven boek is zeer rijk geillustreerd met voornamelijk zwartwitte afbeeldingen
-
In het Reishandboek Israël vindt de reiziger alle informatie die hij nodig heeft bij een bezoek aan dit boeiende land: Een actuele beschrijving van het Israël van vandaag de dag, een gedegen hoofdstuk over de historie van het Heilige Land, alle belangrijke bezienswaardigheden, alle mogelijke praktische informatie gebundeld in een aprt katern, een handzaam register, meer dan zestig overzichtelijke kaarten en prachtige foto's.
-
In REIS OM DE WERELD IN 80 VERHALEN trekt u over alle continenten, waar beroemde schrijvers uit vele landen u een verhaal vertellen: van Polen naar India, van Canada via Italië naar Tsjechië, door Rusland naar Japan. De reizende lezer wordt deelgenoot van talloze eigenaardige gebeurtenissen en schokkende ervaringen, waarvan vele hem of haar vreemd en exotisch zullen voorkomen, maar nog meer verrassend herkenbaar zullen zijn. Door zijn reusachtige verscheidenheid kan REIS OM DE WERLED IN 80 VERHALEN met recht een wereldboek genoemd worden. De redacteuren: Martine Prange (1969) is hoogleraar Filosofie van Mens, Cultuur en Samenleving aan Tilburg University en voormalig prof-voetbalster. Martijn Oosterbaan (1975) is universitair hoofddocent Culturele Antropologie aan de Universiteit Utrecht.
-
Voyage au bout de la nuit Vertaald door E.Y. Kummer De Reis naar het einde van de nacht is de uitzichtloze tocht van Bardamu door deze absurde wereld. In de oorlog realiseert hij zich de waanzin van de collectief georganiseerde moordpartijen waarvoor de mensen enthousiast in de rij moeten gaan staan om zich te laten afslachten. In Afrika wordt hij geconfronteerd met de hebzucht en de botheid van de blanke kolonist. Maar nergens voelt hij de eenzaamheid zo sterk als in New York, de kille 'rechtopstaande' stad van levende automaten. Terug in Parijs staat hij als arts volkomen machteloos tegenover de achterdocht, de bekrompenheid en het misdadig egoïsme van zijn patiënten. Fel en genadeloos klaagt Céline in dit relaas van Bardarnu's omzwervingen onze maatschappij aan, waarin altijd dezelfden het gelag moeten betalen. Even fel en genadeloos ontleedt hij de mens tot op het bot. Dat de Reis een belangrijke invloed op de Franse literatuur heeft gehad, getuigt de volgende passage uit La force de l'âge van Simone de Beauvoir: 'Het belangrijkste boek van dat jaar was de Voyage au bout de la nuit van Céline. We kenden er hele passages van uit ons hoofd. Zijn anarchisme scheen ons vertrouwd toe... Céline had een nieuw instrument gesmeed: een taal net zo levendig als het gesproken woord. Sartre heeft ervan geprofiteerd.' En niet alleen Sartre, want dit monument van de Franse literatuur blijkt voor vele hedendaagse schrijvers nog steeds een bron van inspiratie te zijn. De vertaling van E.Y. Kummer werd bekroond met de Martinus Nijhoffprijs.